Paul Robeson: zanger die de Afro-Amerikaan een identiteit gaf
Paul Robeson: multigetalenteerde man die de Afro-Amerikaan een identiteit gaf.
Mijn respect gaat naar een man die de Ghetto-gedachte heeft doorbroken en mee verantwoordelijk wordt geacht voor de identiteitsbepaling van een grote groep onderdrukte mensen namelijk de Afro-Amerikaanse gemeenschap in de Verenigde Staten. Vele zwarte Amerikanen geloofden nooit dat hun land hun gelijke kansen zou geven. De trend was meestal één van fatalisme en defaitisme. Enkele Afro-Amerikanen hebben bewezen dat ondanks torenhoge vooroordelen men respect en succes kan afdwingen als men maar voldoende in zichzelf blijft geloven. Uiteraard zijn de historische voorvechter voor de Zwarte beweging in de States bekend zoals Martin Luther King, Malcolm X, maar talrijk waren de voorvechters voor gelijke kansen te vinden in de entertainment industrie. Vooral in de muziek business en in de film waren er enkele opvallende verschijningen die de emancipatie van de Afro-Amerikaan aanvaardbaar hebben gemaakt. Namen hier eveneens in overvloed denk maar aan een Sidney Poitier, of een Hettie Mac Donald die als eerste zwarte actrice een Oscar in ontvangst mocht nemen. Paul Robeson is een niet zo bekende pionier, en vooral een persoon die bewees dat ongeacht de huidskleur iedereen aan de top kan geraken.
Biografie
Paul Robeson werd geboren in Princeton, New Jersey in 1898 in een kroostrijk gezin met drie broers en een zuster. Zijn vader was nog het slavenstatuut ontsnapt door mee te vechten met het noordelijke leger in de Burgeroorlog. Zijn vader klom op tot een vooraanstaande predikant in Princeton, het zouden blijkbaar gezonde genen zijn die Paul meekreeg van bij de geboorte. In 1915 was hij de derde Afro-Amerikaanse student aan de Universiteit van Rutgers. Ondanks de voor die tijd traditionele racistische moeilijkheden op zijn pad, was Paul vastbesloten om een feilloos parcours af te leggen aan de Universiteit. Tegen alle verwachtingen en tegenkantingen in was er een blanke football coach die zijn nek uitstak voor de atletische Paul Robeson en hem een plaats gaf in het team. Paul Robeson leek vastbesloten om in alle activiteiten deel te nemen en beter te doen dan zijn blanke medestudenten. Zo zong hij regelmatig op schoolfestiviteiten. Na een glansjaar aan de Universiteit veranderde de jonge Paul toen zijn vader bezweek door een aanslepende ziekte. De intelligente jongen begon zich te revolteren tegen de discriminatie waar hij dagelijks mee werd geconfronteerd.
Ietwat verbitterd slaagde hij erin zijn studies met glans te beëindigen, en won verschillende academische onderscheidingen en sportbrevetten in football, basketbal en atletiek. Hij werd erkend als de eerste All American zwarte football speler. Hij was tevens de eerste Afro Amerikaan die werd toegelaten in de prestigieuze studentenvereniging Phi Betta Kappa. In 1919 kreeg hij de grootste onderscheiding toen zijn volledige blanke klas hem unaniem verkoos als klasvertegenwoordiger.
Loopbaan
Buiten de Universiteit werd het algauw duidelijk dat hij ieder gevecht dat hij in zijn Universiteit had gewonnen terug moest uitvechten tegen de vooroordelen en racistische standpunten van mensen in de beroepswereld. Heel eventjes werkte hij als advocaat, doch gaf dit vlug op gezien hij zeer vijandige racistische reacties kreeg.
Ondertussen kreeg hij faam door een uit de hand gelopen hobby: zijn zangstem bezorgde hem erkenningen roem en niet alleen bij zijn eigen gemeenschap. Via het YMCA van Harlem belande hij in het circuit van de showbusiness en weldra kreeg hij verschillende optredens. In 1921 huwde hij en ondertussen floreerde zijn artistieke carrière. Vier jaar later was Paul Robeson een gevierde zanger en theater artiest. Het resulteerde in een plantencontract en een tournee naar Londen. Na een zegetocht in Europa kreeg de tournee een Amerikaans luik. Ook hier begon de racistische tegenwerking plaats te maken voor erkenning en succes.
Show Boat
Paul Robeson blijft bij de meeste mensen nu nog bekend door zijn bijdrage aan de gigantisch hit Show Boat van het legendarische duo Jerome Kern en Oscar Hammerstein II. Eerst werd het op de planken een gigantisch wereldsucces en het werd dan nog eens overgedaan in twee versies van de productie. De song “Ol’Man River” ingezongen door Paul Robeson is nu nog één van de grootste Amerikaanse klassiekers. De toenmalige Koning George en zijn vrouw Queen Mary woonden een voorstelling bij in Londen en vanaf dan kon de magie van Paul Robeson niet meer stuk, de show was goed voor 350 voorstellingen. De Robesons waren zo dankbaar voor het Engelse succes dat ze een huis kochten in het Verenigd Koninkrijk.
Zijn theater successen en Hollywood projecten stapelden zich op met uitschieters zoals vertolkingen in “Othello” en “The Emperor Jones”. Ondanks professioneel succes strandde zijn huwelijk in 1930.
De Cosmopoliet
Paul Robeson was nog steeds bezeten door studies en nog meer gedreven om uit te blinken als vroeger. In een recordtijd studeerde hij verschillende talen in Londen. Zo sprak hij in een recordtijd vloeiend Russisch, Chinees, Zoeloe en Hindi. In Europa kwam hij in contact met verschillende dissidenten bewegingen en vooruitstrevende Afrikaanse studenten. Onder hun invloed zou hij later een reis maken naar het toen nog Communistische Rusland. Paul Robeson geloofde in de utopie van een racistisch vrije staat, en hoopte dat het communisme dit euvel had verbannen. Hoe fel hij ook de westerse maatschappij begon te verachten hij bleef werken in de glitterfabrieken van Hollywood en Engeland. Opmerkelijke films in die periode “Song of Freedom” en “King Solomon’s Mines” deden het wereldwijd uitstekend.
In 1936 werd hij de eerste zwarte superster dankzij de verfilming van Show Boat. Hij doorbrak het taboe dat een leidende rol blank moest zijn.
De linkse rakker
Niemand weet precies waarom, waarschijnlijk door de ontgoocheling in het voortwoekerende racisme in de Verenigde Staten, maar Paul Robeson begon openlijk sympathie te tonen voor linkse bewegingen. Zo dweepte hij vooral met de Sovjet-Unie. Hij nam ook duidelijk stelling in de Spaanse Burgeroorlog. Hij was aanwezig op verschillende vergaderingen van linkse Spaanse krachten in Moskou. Zijn manager zag dit met lege ogen aan en begreep dat dit niet zonder gevolg kon blijven in Hollywood en Londen.
Tweede Wereldoorlog
Adolf Hitler strooide roet in het eten en de zwarte Amerikaan Paul Robeson werd verplicht om te vluchten naar de Verenigde Staten. In geen tijd slaagde hij erin om weer van zich te doen spreken. Paradoxaal acteerde hij in patriottische films die erg goed werden onthaald. Toen Japan zich in de wereldbrand mengde na de laffe aanval op Pearl Harbor, was Paul Robeson één van de eerste performers die voor de troepen ging optreden. Zijn populariteit bereikte hierdoor ongekende hoogtes.
Gezien zijn niet aflatende sympathie voor dubieuze en revolutionaire projecten kreeg hij ook al de aandacht van het F.B.I. Hij kreeg een label als communistische sympathisant. Paul Robeson zelf begon megalomanische trekjes te vertonen en weigerde nog in Hollywood producties te spelen die de zwarte Amerikaan te stereotiep voorstelden. Hij weigerde doodleuk glansrollen in echte kaskrakers zoals Moby Dick, Gone with the Wind, en Porgy and Bess.
Naast zijn protestactiviteiten kreeg hij wel nog en glans rol in de Broadway versie van Othello. Zowel het toneelstuk als de grammofoon plaat verbrijzelde alle records.
Controversiële keuzes
Na de wereldoorlog bleef Paul Robeson dubieuze keuzes maken in zijn politiek engagement. Het leverde hem in de jaren vijftig ernstige problemen op, onder meer zijn vele reizen naar Rusland werden hem kwalijk genomen evenals zijn Anti Amerikaanse retoriek. Langzaam maar zeker werd hij persona non grata in Hollywood en werd hij openlijk geboycot op televisie. Na een kleine media oorlog tussen de overheid en zwarte activisten kwam het hoogtepunt toen men het paspoort van Paul Robeson introk. Hij kon de Verenigde Staten niet meer verlaten. Paul Robeson begon een reeks juridische veldslagen die hij één na één verloor. Op het hoogtepunt van de Koude Oorlog kreeg hij van de Sovjet Unie de “Stalin Vrede prijs”.
In een tijd waar de Mc Carthy doctrine almachtig was verloor Paul Robeson zijn publieke steun en zijn films, platen en optredens vielen in ongenade. Door naïeve keuzes te maken is deze bijzondere man er jammer genoeg in geslaagd om zichzelf quasi onzichtbaar en onbestaand te maken.
Comeback
In 1858 verscheen in Europe “Here I Stand” zijn autobiografie. Dezelfde maand van zijn publicatie gaf hij twee concerten in Carnegie Hall. Ditzelfde jaar kreeg hij door een vonnis van het Hooggerechtshof in de States zijn paspoort terug. Enkele maanden later vertrok hij terug naar Londen.
Paul Robeson begon constant te reizen, doch werd nog steeds geschaduwd door verschillende westerse inlichtingendiensten die hem nauwlettend in het oog hielden. Desondanks alle politieke spanning stroomden de werkaanbiedingen binnen. In 1959 vertrok hij naar Moskou waar hij een heldenontvangst kreeg, het Lenin Stadium was gevuld met 18.000 fans, overal in de Sovjet Unie werd hij gevierd als een “kameraad”. Een jaar later kreeg hij een eigen televisieshow in de States doch hij kon er niet ten volle van genieten wegens opkomende gezondheidsproblemen.
Ook mentaal ging het hem niet voor de wind, in 1961 ondernam hij tijdens een tournee in Rusland een zelfmoordpoging in Moskou. De volgende twee jaar bleef hij suïcidaal en kampte hij met zware psychische problemen.
Het anonieme einde
In 1963 verhuisde hij terug naar Amerika en leidde er een onopvallend leven. Aan zijn publiek en politiek engagement kwam een abrupt einde, het leek alsof de Afrikaanse leeuw geen adem meer had. De volgende jaren waren episodes van succes doorheen de wereld. Vanwege zijn eigen Afro-Amerikaanse gemeenschap kreeg hij de erkenning voor zijn jarenlange strijd. Een ontmoeting met Malcolm X stond op het programma, doch de zwarte activist werd vermoord voor die kon plaatsvinden.
In 1976 stierf één van de krachtigste stemmen ter wereld door hartaanval, hij werd 77 jaar. Hoewel hij op zijn latere jaren besefte dat hij verkeerde keuzes had gemaakt, heeft hij zich nooit hiervoor verontschuldigd of nooit enig teken gegeven van spijt. Paul Robeson was een man van vele facetten, indien hij politiek niet correct is geweest is dit louter bijzaak hij zou moeten worden herinnerd als een gepassioneerd man met een onwrikbaar geloof in zichzelf, in de mensheid en als een onsterfelijke unieke stem.
Bedenking
Paul Robeson heeft naast zijn fouten en ontelbare talenten iets gepresteerd die weinigen hem hebben nagedaan. Hij gaf zijn bevolkingsgroep een hoop op een eigen identiteit en hij leerde hen dat enkel door volharding en innerlijke trots de Afro-Amerikaan zijn plaats zou innemen in de grootste democratie ter wereld. Ondanks een perfect beeld verre van bewaarheid is vandaag, is hij hierin wel gelukt. Het grootste deel van de Afro-Amerikaanse bevolking heeft bewezen dat ze een waardig deel zijn van de gemengde Amerikaanse bevolking, en dit niet door geweld, maar door zelfrespect af te dwingen in daden en woorden. Dit is volgens mij zijn grootste prestatie, waarvoor enkel het woord respect toepasselijk is.
Bekijk en beluister hier Paul Robeson:
© Thalmaray – 2012.